4 June 2025
Centraal in Weimers onderzoek staat de vraag hoe democratisch bestuur behouden kan blijven en opnieuw worden vormgegeven in een mondiale risicosamenleving. Ze onderzoekt de rol van het Europees recht in het beheersen van complexe, transnationale risico's – van gezondheid en milieu tot duurzaamheid – in een tijd van snelle technologische ontwikkelingen en verschuivende geopolitiek.
Weimers interdisciplinaire werk, dat ertoe heeft bijgedragen dat EU-risicoregulering een apart vakgebied is geworden, gaat in op de fundamentele juridische, politieke en culturele transformaties die het gevolg zijn van mondiale uitdagingen, waaronder de veranderende rol van de EU in de wereldwijde groene transitie en de afhankelijkheid van technische expertise binnen democratisch bestuur.
De hoogleraar is van plan haar onderzoek in de komende jaren uit te breiden naar digitale risico's, waarbij ze de cruciale rol van verbeelding en toekomstverwachtingen over risico's en technologie in Europees risicobeheer wil onderzoeken. Haar onderzoek zal bestaan uit het verkennen van het Europees recht als integraal onderdeel van de bredere historische, politieke en culturele ervaring van Europa - en hoe het Europees recht zelf actief vorm geeft aan deze diepere Europese stromingen.
‘Ik kijk ernaar uit om leiding te geven aan een groep uitstekende onderzoekers die belangrijk werk verrichten op het snijvlak van recht en geesteswetenschappen’, zegt Weimer. ‘Ik wil hun persoonlijke groei stimuleren, de zichtbaarheid en het aanzien van de groep versterken, en hen in de voorhoede plaatsen van dit cruciale, interdisciplinaire debat, door middel van impactvolle samenwerkingen.’
Op dit keerpunt voor Europa is het Europees recht van groot belang voor de samenleving.
‘Op dit keerpunt voor Europa is het Europees recht van groot belang voor de samenleving’, stelt Weimer. ‘Als het recht een motor wil zijn voor positieve verandering en een instrument voor vrede en welvaart wil zijn, moet het recht nadenken over zijn eigen geschiedenis, cultuur en politiek. Dit zelfbewustzijn, dat voortkomt uit geesteswetenschappelijk onderzoek, is essentieel voor het recht om zichzelf te corrigeren en fouten uit het verleden te vermijden. Goed recht, dat onmisbaar is voor maatschappelijke vooruitgang, is dus fundamenteel afhankelijk van inzichten uit de geesteswetenschappen.’